UNO
en geweten :
Conscience
and Peace Tax International krijgt "special consultative status"
VRAK (Aktie
Vredesbelasting) en haar zusterorganisaties zijn aangesloten bij de internationale
NGO 'Conscience and Peace Tax International' (CPTI). Deze streeft bij
internationale organisaties naar de erkenning van het gewetensbezwaar
tegen de militaire bestemming van belastinggeld.
Om
in internationale fora gehoord te worden heeft CPTI bij de UNO een aanvraag
gedaan om 'consultative status' te verkrijgen.
De Economic and Social Council (ECOSOC) van de UNO heeft deze aanvraag
goedgekeurd in haar zitting van juli 1999 en aan CPTI als NGO 'special
consultative status' toegekend. ECOSOC is een orgaan van de UNO, bestaande
uit 54 landen-leden. Het bevordert economische en sociale ontwikkeling,
evenals de bescherming van mensenrechten en fundamentele vrijheden. Zo'n
1.350 NGO's hebben 'consultative status' bij ECOSOC.
Aan de goedkeuring
ging uiteraard de indiening van een dossier vooraf evenals een 'onderzoekszitting'
van de commissie voor NGO's in New York op 8 juni. Op die zitting was
CPTI vertegenwoordigd door haar vice-voorzitter Marian Franz (tevens executive
director van de Amerikaanse National Campaign for a Peace Tax Fund), vergezeld
door John Randall (bestuurslid van de NCPTF met ervaring bij de UNO) en
door Rosa Packard (eveneens bestuurslid van de NCPTF en met een enorme
ervaring in rechtszaken in verband met haar belastingweigering). Voor
deze internationale commissie moest Marian Franz een aantal vragen over
CPTI beantwoorden. Een kort maar spannend moment! Op het einde kon M.
Franz de commissie bedanken: "We zijn dankbaar dat ECOSOC's commissie
het belang erkent van het fundamentele recht op vrijheid van geweten en
godsdienst. We hopen dat de nieuwe status van CPTI zal bijdragen tot de
bevordering van alternatieven voor oorlog."
"Het principe
van geweten, een moreel gebod dat het gedrag van een persoon bepaalt en
internationaal als een mensenrecht is erkend, is de centrale doelstelling
van CPTI", zei Marian Franz tijdens 'het verhoor' voor de commissie van
ECOSOC. Voor de leden van de commissie omschreef ze het voorbije werk
van CPTI en haar toekomstige bijdrage tot het werk van de UNO.
De lidstaten
van deze ECOSOC commissie verwelkomden CPTI's aanvraag van harte. Tijdens
de gedachtenwisseling over de aanvraag gaf de vertegenwoordiger van India
zijn commentaar: "Ik dacht dat gewetensbezwaar een dode zaak was, maar
ben blij dat het springlevend is."
Met het nieuwe
statuut ('special consultative status') kan CPTI door ECOSOC (of een meer
bepaalde commissie van de UNO) uitgenodigd worden om een bijdrage te leveren
aan het werk van de UNO. CPTI mag afgevaardigden sturen naar openbare
zittingen (meestal in New York, Genève of Wenen) en schriftelijke
of mondelinge mededelingen doen. In tegenstelling tot NGO's met 'general
consultative status', heeft CPTI enkel dit recht voor zaken die te maken
hebben met haar 'speciale' doelstelling : gewetensbezwaren en mensenrechten.
Het bestuur
van CPTI (leden in Nederland, USA, België, Groot-Brittannië,
Duitsland, Spanje en Italië) zal nu aan de slag gaan om te zien op
welke manier het gewetensbezwaar tegen het meebetalen voor bewapening,
oorlog en oorlogsvoorbereiding aanhangig kan worden gemaakt in dit internationale
forum.
Dirk Panhuis,
secretaris van CPTI
(op basis van
een perscommuniqué van Marian Franz verschenen in de Nieuwsbrief
van 'National Campaign for a Peace Tax Fund', Summer 1999)
|